Mentaal welzijn

Mentaal
welzijn

Aantal zelfdodingen onder kinderen (tot 20 jaar)

56

2021

62

2024

Mentaal welzijn

Zo staat het ervoor

Wat is er in Nederland gebeurd om het mentaal welzijn van kinderen te verbeteren in het derde jaar na de laatste aanbevelingen van het VN-Kinderrechtencomité?

De beschikbare landelijke cijfers geven geen compleet beeld van het mentaal welzijn van kinderen en jongeren in Nederland. Hun mentaal welzijn wordt niet jaarlijks gemonitord. Data zijn versnipperd en niet geharmoniseerd. Ook cijfers van indicatoren van mentaal welzijn zijn schaars.

Het versterken van mentaal welzijn van kinderen en jongeren staat hoog op de agenda van de landelijke en lokale overheid. Tussen maart 2024 en maart 2025 zijn er meerdere overheidsinitiatieven gestart of voortgezet om de mentale gezondheid van kinderen en jongeren te verbeteren. Zoals campagnes gericht op het makkelijker bespreekbaar maken van mentale problemen.

Volgens het RIVM lijkt de mentale gezondheid van jongeren na de coronapandemie voorzichtig te verbeteren. Zo gaven jongeren aan iets minder psychische klachten en iets minder stress en eenzaamheid te ervaren.

Tegelijk zijn er zorgelijke signalen: lange ggz-wachtlijsten, bezuinigingen op onderwijsprogramma’s en toenemende euthanasieverzoeken onder jongeren. Ook vanuit het onderwijs komen signalen over een duidelijke toename in psychische problemen onder jongeren. Dit legt druk op de behoefte aan de effectiviteit van het beleid. De meeste beleidsprogramma’s zijn sterk gericht op bewustwording, samenwerking en infrastructuur, maar structurele knelpunten in de jeugdzorg en het onderwijs blijven onopgelost.

FOCUS

Preventie.

Definitie

Wat verstaan we onder mentaal welzijn?

Onder welbevinden verstaan we de mate waarin iemand zich sociaal-emotioneel en lichamelijk goed voelt. In spreektaal gaat het over ‘lekker in je vel zitten’. Het gaat verder dan het gevoel van geluk of tevredenheid; het weerspiegelt een goede balans tussen lichamelijk welzijn, emotionele stabiliteit en sociale inclusie. Welbevinden wordt niet alleen beïnvloed door interne factoren zoals zelfvertrouwen, doorzettingsvermogen en het vermogen om met emoties om te gaan, maar ook door externe factoren zoals steun uit de omgeving, toegang tot zorg en onderwijs en positieve sociale interactie.

Kengetallen

Het lijkt lastig om mentaal welzijn van kinderen en jongeren direct uit te drukken in cijfers en deze worden mede daardoor ook niet structureel bijgehouden. Wel kan het begrip mentaal welzijn gebruikt worden als parapluterm waar veel factoren invloed op hebben. Welbevinden wordt niet alleen beïnvloed door interne factoren zoals zelfvertrouwen, doorzettingsvermogen en het vermogen om met emoties om te gaan, maar ook door externe factoren zoals steun uit de omgeving, toegang tot zorg en onderwijs en een positieve sociale interactie. Daarom zal er in dit hoofdstuk gebruik worden gemaakt van cijfers van indicatoren die mogelijk invloed hebben op het mentaal welzijn van kinderen en jongeren die wél beschikbaar zijn. De cijfers hebben alleen betrekking op de Nederlandse situatie. Er zijn geen cijfers bekend over het mentaal welzijn in Caribisch Nederland.

De belangrijkste landelijke onderzoeken naar het mentaal welzijn van kinderen en jongeren zijn niet jaarlijks en zijn in 2024 niet gepubliceerd.

  • ‘Gezondheid en Welzijn van Scholieren’, het Nederlandse deel van het onderzoek ‘Health Behaviour in School-aged Children (HBSC)’. Dit onderzoek wordt om de vier jaar gedaan. De laatste versie dateert uit 2022.
  • ‘Peilstationonderzoek’ , een landelijk onderzoek naar onder andere mentale gezondheid onder scholieren van 10 tot en met 18 jaar. Deze wordt om de vier jaar gepubliceerd en is voor het laatst in 2023 uitgebracht.
  • ‘Gezondheidsmonitor Jeugd’ wordt om de twee jaar uitgevoerd door de GGD’en en het RIVM en is voor het laatst in 2023 gepubliceerd.

Welbevinden op scholen

Het onderwijs heeft een speciale positie in het beïnvloeden van het mentaal welzijn van scholieren. Enerzijds is school een plek waar stress en druk ontstaan. Anderzijds kunnen jongeren er veerkracht opdoen en leren omgaan met negatieve ontwikkelingen. Vanuit het onderwijs komen signalen over een duidelijke toename in psychische problemen onder jongeren. Deze signalen zijn ook te zien in de ScholierenMonitor 2023 die in juli 2024 gepubliceerd werd; meer scholieren tussen de 12 en 16 jaar rapporteren emotionele problemen dan de jaren ervoor.

67% van de scholen heeft de middelen uit het Nationaal Programma Onderwijs (NPO, een steunprogramma van de Rijksoverheid om de leervertragingen door de coronacrisis en het verminderde welbevinden van leerlingen en studenten te verbeteren) de afgelopen drie jaar besteed aan het verbeteren van het welbevinden van leerlingen. Zowel schoolleiders als personeel van scholen zien positieve effecten op het welbevinden van leerlingen.

Ook binnen het programma ‘Gezonde School’ is welbevinden een belangrijk thema. 43% van de scholen werkt met de Gezonde School-aanpak. In schooljaar 2023-2024 kregen 263 scholen vanuit Gezonde School een ondersteuningsaanbod op het thema welbevinden. Ruim 600 scholen hebben inmiddels een themacertificaat Welbevinden van Gezonde School (dit is drie jaar geldig): 515 in het basisonderwijs, 82 in het voortgezet onderwijs en 13 in het mbo.

Kinderen in kwetsbare situaties

Uit onderzoek blijkt dat kinderen die opgroeien in armoede meer stress ervaren. Ze lopen vaker achter op school en stoppen eerder met school. Daarnaast hebben deze kinderen meer kans op depressies, eetstoornissen of een burn-out. Ook kinderen in azc’s ervaren vaker neerslachtige gevoelens door heimwee, verdriet en discriminatie.

Steunfiguren

Sociale steun (steun die kinderen, jongeren en ouders als vanzelfsprekend krijgen van mensen in hun omgeving) heeft een positieve invloed op opvoeden en opgroeien en op mentaal welzijn. Het RIVM geeft aan dat bijna de helft van de leerlingen in groep 8 meestal geen vertrouwen heeft in hun eigen vermogen om met problemen om te gaan. De afwezigheid van steunfiguren zou hier een belangrijke rol in kunnen spelen.

Zelfdodingen

Zelfdoding is onder jongeren de belangrijkste doodsoorzaak. Van alle jongeren die in 2024 overleden, overleed 20% door zelfdoding. Dat is meer dan overlijden door verkeersongevallen of kanker. Onder mannen en vrouwen jonger dan 30 jaar is het zelfdodingscijfer de afgelopen 15 jaar toegenomen; onder jonge vrouwen sterker dan onder jonge mannen. Tussen 2000 en 2004 bedroeg het aantal zelfdodingen onder jonge vrouwen nog 2,7 per 100 duizend, tegen 4,7 in de periode tussen 2020 en 2024. Bij jonge vrouwen tussen 10 en 30 jaar is het zelfdodingscijfer niet eerder zo hoog geweest als in 2024: 5,5 zelfdodingen per 100.000. Bij mannen was dit 7,5 in 2000-2004 tegen 8,8 in 2020-2024. In 2024 zijn 34 jongens en 28 meiden tussen de 10 en 20 jaar overleden door zelfdoding. In totaal overleden 62 jongeren tussen de 10 en 20 jaar aan zelfdoding.

Figuur 1: Aantal zelfdodingen onder kinderen (tot 20 jaar)

Bron: NJI, 2024 (met cijfers van CBS, 2024) en Gezondheidsmonitor Jeugd; RIVM 2024.

Aanbevelingen VN-Kinderrechtencomité

Aanbeveling 29a. Verbeter de geestelijke gezondheidszorg en -programma’s voor kinderen, waaronder de toekenning van genoeg personeel en technische en financiële middelen voor preventieve maatregelen in het kader van het jeugdzorgprogramma, de ontwikkeling van therapeutische geestelijke gezondheidszorg binnen gemeenschappen en voldoende gekwalificeerde medische professionals, zoals kinderpsychologen en -psychiaters, zodat kinderen tijdig de noodzakelijk geestelijke gezondheidszorg krijgen.

Aanbeveling 29b. Investeer in de aanpak van de onderliggende oorzaken van zelfdoding en de slechte geestelijke gezondheid van kinderen en zorg ervoor dat de ideeën van kinderen worden meegenomen bij de ontwikkeling van behandelmethodes bedoeld voor kinderen.

Cijfermatige ontwikkelingen

Aanbeveling 29a. Verbeter de geestelijke gezondheidszorg voor kinderen

Rapportage Jeugdhulp 2024

In de rapportage ‘Jeugdhulp 2024’ presenteert het CBS de voorlopige cijfers over jeugdhulp in 2024. In 2024 liepen ruim 685.000 jeugdhulptrajecten. Dat waren er 17.000 minder dan in 2023, een daling van 2%. Het aantal trajecten jeugdhulp door het wijk- of buurtteam nam met ruim 8% af, de overige jeugdhulp zonder verblijf daalde met 1% en de jeugdhulp met verblijf daalde met bijna 6%.

In 2024 zijn 308.000 nieuwe jeugdhulptrajecten gestart. Dat is een daling van bijna 6% ten opzichte van 2023. Bijna 45% van de trajecten die op enig moment in 2024 actief waren, is ook in dat jaar begonnen. In 2023 was ruim 46% van alle trajecten ook in dat jaar begonnen. Bij de vier onderscheiden hulpvormen zonder verblijf, met uitzondering van daghulp, daalde zowel het absolute aantal jeugdhulptrajecten als het aandeel van nieuw gestarte trajecten. Het is onduidelijk hoeveel hulptrajecten specifiek geestelijke gezondheid betroffen.

Aanbeveling 29b. Aanpak determinanten van ernstige psychische problemen

Mentale gezondheid van jongeren sinds coronapandemie

Met de ‘Integrale Gezondheidsmonitor COVID-19’ brengt het Netwerk Gezondheidsonderzoek bij Rampen (GOR) in kaart wat de gevolgen van de coronacrisis zijn op de gezondheid. Het onderzoek duurt vijf jaar (2021-2025). Binnen het kader van dit onderzoek verschijnt het ‘Kwartaalonderzoek jongeren’. Jongeren geven in dit kwartaalonderzoek inzicht in hun mentale gezondheid door vragen te beantwoorden over mentaal welzijn, stress, eenzaamheid en zelfdodingsgedachten. De mentale gezondheid van jongeren (12-25 jaar) lijkt na de coronapandemie heel voorzichtig te verbeteren. Zo gaven jongeren in het tweede kwartaal van 2024 aan iets minder psychische klachten en iets minder stress en eenzaamheid te ervaren. Ook het aantal jongeren met zelfdodingsgedachten daalt verder. Wel ligt het percentage jongeren dat hiervoor de huisarts bezoekt nog fors hoger (32%) dan voor de coronapandemie.

Bron: Mentaal Welbevinden Gezondheidsonderzoek COVID-19

Ook in maart 2025 verscheen het ‘Kwartaalonderzoek jongeren’ van het ‘Gezondheidsonderzoek COVID-19’ van Het Netwerk GOR. Net als in de vorige meting bleef in het laatste kwartaal van 2024 het mentaal welzijn van jongeren stabiel. Minder jongeren voelden zich eenzaam, maar het aantal jongeren dat wel eens aan zelfdoding dacht nam iets toe. Het mentale welzijn wordt gemeten aan de hand van vijf vragen over depressie- en angstgevoelens in de afgelopen vier weken.

  • Zelfdodingsgedachten: Begin 2024 leek het aantal jongeren met zelfdodingsgedachten licht te dalen, maar dit percentage nam in de loop van het jaar weer iets toe. In december 2024 gaf 15% aan wel eens of vaker aan zelfdoding te hebben gedacht, vergeleken met 13% in juni 2024. Dit is evenveel als een jaar eerder (december 2023).
  • Eenzaamheid: Het percentage eenzame jongeren daalde in anderhalf jaar tijd van 52% (maart 2022) naar 43% (december 2024).
  • Stress: Stress door school nam na een daling in het laatste kwartaal van 2024 weer toe, van 23% in september naar 26% in december 2024. Ook voelden 26% van de jongeren zich gestrest door alles wat ze moeten doen. Het aantal jongeren dat stress ervoer vanwege de coronapandemie of coronamaatregelen daalde verder.
  • Algemeen: Het mentaal welbevinden van jongeren bleef in 2024 stabiel.

Jaarverslag Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE)

In maart 2025 verscheen het jaarverslag 2024 van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE). Het aantal meldingen van euthanasie op basis van één of meer psychiatrische aandoeningen onder jongeren onder de 30 jaar is in 2024 gestegen naar 30, in 2023 betrof het 22 meldingen. Geen van deze meldingen is door de RTE als onzorgvuldig beoordeeld. In 2024 is geen melding ontvangen van euthanasie bij minderjarigen.

Financieringsvormen van jeugdhulp

De meeste kinderen ontvangen jeugdhulp in natura. Dat betreft hulp die direct aan de jeugdhulpverlener wordt vergoed door de gemeente. In 2024 kregen 468.610 kinderen jeugdhulp in natura, waarvan 8.905 kinderen met ook persoonsgebonden budget voor jeugdhulp. Het aantal kinderen met alleen persoonsgebonden budget voor jeugdhulp was 4.075. In totaal waren er 12.980 kinderen met persoonsgebonden budget voor jeugdhulp. Het aantal kinderen met jeugdhulp zonder verblijf was 427.355. Het aantal kinderen met verblijf was 17.095. Er waren 24.165 kinderen die jeugdhulp ontvingen met zowel geen als wel verblijf.

Bron: CBS Kerncijfers over jeugdzorg 2024

Beleidsbeschrijvingen

Aanbeveling 29a. Verbeter de geestelijke gezondheidszorg voor kinderen

Nationaal Programma Onderwijs

Het Nationaal Programma Onderwijs (2021–2025) ondersteunt scholen bij het bevorderen van het welzijn van leerlingen. In de zesde voortgangsrapportage van december 2024 werd aangegeven dat een aanzienlijk percentage scholen in het primair en voortgezet onderwijs interventies heeft die gericht zijn op het welbevinden van leerlingen.

Onderzoek en aanpak mentale gezondheid jongeren en studenten

Op 4 april 2024 presenteerde het Verwey-Jonker Instituut, in opdracht van de Kamercommissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, een systematisch overzicht van trends in de ontwikkeling van de mentale gezondheid van jongeren en studenten. In het onderzoek komen verschillen tussen subgroepen en beïnvloedende factoren aan bod, en er werd een factsheet opgesteld met trends en verklarende factoren. Uit de bevindingen bleek dat de mentale gezondheid van tieners en jongvolwassenen is verslechterd, meer dan bij volwassenen, met name sinds de coronaperiode. Meisjes en jonge vrouwen bleken daarbij kwetsbaarder dan jongens en jonge mannen. Op 23 april 2024 reageerde het kabinet op het onderzoeksrapport ‘Mentale gezondheid van jongeren en studenten in Nederland’ met een brief waarin het de urgentie van dit thema onderstreepte. Vervolgens gaf de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op 11 juni 2024 een overzicht van landelijke initiatieven die aansloten bij de aanpak ‘Mentale gezondheid: van ons allemaal!’

Actieprogramma Eén tegen eenzaamheid

‘Eén tegen eenzaamheid’ is het actieprogramma van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om eenzaamheid in Nederland te verminderen. Waar het programma zich in de vorige kabinetsperiode richtte op eenzaamheid onder ouderen, gaat het in de vervolgaanpak 2022 – 2025 om eenzaamheid in het algemeen. Er is geen speciale focus op kinderen of jongeren.

Aanpak Mentale gezondheid: van ons allemaal

De landelijke aanpak ‘Mentale gezondheid: van ons allemaal’ van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport richt zich op het versterken van mentale gezondheid in álle levensfasen. De aanpak is breed en preventief, met aanvullend specifieke aandacht voor jongeren en jongvolwassenen. De aanpak brengt allerlei maatregelen, acties en doelen van bijvoorbeeld gemeenten, werkgevers en andere organisaties samen. Met deze aanpak wil de overheid mentale gezondheid bespreekbaar maken. Verder wil de aanpak mentale klachten voorkomen, vroeg hulp bieden en mensen informatie geven om zelf aan de slag te gaan met mentale gezondheid.

Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA)

Het ‘Gezond en Actief Leven Akkoord’ (GALA), een samenwerking van gemeenten, GGD’en, zorgverzekeraars en VWS, zet in op mentale weerbaarheid en gezondheid voor iedereen. Voor gemeenten is sinds september 2023 de GALA-roadmap Gezond Leven beschikbaar. Deze geeft weer voor welke concrete opgaven gemeenten staan. Bij kinderen gaat het daarbij met name om verbetering van het bereiken, signaleren, doorverwijzen en ondersteunen van kwetsbare gezinnen voor en tijdens de zwangerschap en na de geboorte. De GALA-monitor 2024 laat zien dat betrokken partijen plannen hebben ontwikkeld om lokaal en regionaal samen te werken aan gezondheidsbevordering.

Kennisnetwerk mentale gezondheid

Met het project ‘Naar een landelijk dekkend kennisnetwerk mentale gezondheid’ wordt er gestreefd een goede kenniscyclus voor mentale gezondheid op te zetten. Kennis over wat werkt wordt gedeeld en geïmplementeerd, om daar vervolgens weer van te leren en op door te ontwikkelen. Dit helpt om de kwaliteit, het gebruik en de impact van kennis over preventie en promotie te vergroten. De kerngroep bestaat uit het Trimbos-instituut (coördinator), GGD GHOR Nederland en het RIVM. Het project is niet specifiek gericht op kinderen of jongeren.

Ontwikkeling online platform

In juni 2024 verscheen het rapport ‘De meerwaarde van een online platform om mentale problemen bij jongeren te helpen voorkomen’, uitgevoerd door adviesbureau Berenschot in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het rapport beoordeelt de potentie van een gezamenlijk digitaal platform voor jongeren met beginnende mentale klachten. Het onderzoek concludeert dat zo’n platform, ontwikkeld door acht organisaties, een waardevolle aanvulling kan zijn op het bestaande hulpaanbod. Het biedt jongeren laagdrempelige toegang tot informatie, een luisterend oor en doorverwijsmogelijkheden, met als doel vroegtijdige ondersteuning te bieden en escalatie van klachten te voorkomen. De onderzoekers benadrukken het belang van een gebruiksvriendelijke en veilige omgeving die aansluit bij de behoeften en het online gedrag van jongeren.

Campagne ‘Hey, het is oké’

De campagne ‘Hey, het is oké’ in juni en juli 2024 was een initiatief van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Doel van de campagne was om bij jongeren in de leeftijd van 16-25 jaar het praten over mentale gezondheid en beginnende mentale klachten te normaliseren.

Diverse programma’s

Programma’s zoals ‘Kansrijke Start’ , ‘Opgroeien in een Kansrijke Omgeving’ (OKO) , ‘Gezonde Kinderopvang’ en ‘Gezonde School’ zijn actief in het stimuleren van de mentale gezondheid van kinderen en jongeren.

Aanbeveling 29b. Aanpak determinanten van ernstige psychische problemen

Meerjarenprogramma depressiepreventie

Het ‘Meerjarenprogramma Depressiepreventie’ van het Trimbos Instituut heeft als doel om het aantal mensen dat een depressie krijgt te verminderen. De doelstelling is 30% minder mensen met een depressie in 2030 (ten opzichte van 2017).

Jongerenpanel Mentale Gezondheid NJR

In 2022 is het Jongerenpanel Mentale Gezondheid van de Nationale Jeugdraad van start gegaan. Het panel werkt nauw samen met beleidsmedewerkers van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). De projectleider en de beleidsmedewerkers organiseren werksessies waarin de jongeren vraagstukken vanuit het ministerie behandelen óf zelf input leveren voor onderwerpen.

Internetconsultatie voor wijziging Wet verplichte ggz en Wet zorg en dwang

In maart 2025 is de internetconsultatie opengesteld voor de wijziging Wet verplichte ggz (Wvggz) en Wet zorg en dwang (Wzd). Deze wetten regelen de rechten van mensen met een psychische aandoening, verstandelijke beperking of dementie bij gedwongen zorg of gedwongen opname. Met de wijziging van de Wzd en de Wvggz wil het kabinet de uitvoerbaarheid van de wetten verbeteren, zodat patiënten beter worden beschermd en gedwongen zorg minder vaak toegepast wordt.

Monitor taboe op psychische klachten en aandoeningen

In augustus 2024 publiceerde het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de tweede monitor over het taboe op psychische klachten en aandoeningen. Op de meeste punten zijn geen ontwikkelingen te zien.

Kritische reflectie op euthanasie bij psychisch lijden van jonge mensen

Het aantal euthanasieverzoeken van jongeren onder de 30 is in korte tijd gestegen. In haar initiatiefnota roept Kamerlid Hertzberger (NSC) op tot een grondig onderzoek naar de oorzaken van deze stijging, met name onder jongeren die psychisch lijden. Ook vraagt ze om meer inzicht in mogelijke preventiemaatregelen. Een belangrijk aandachtspunt in haar nota is de rol van de media. Hertzberger stelt dat sensationele berichtgeving over euthanasie onder jongeren kan leiden tot een eenzijdig perspectief op euthanasie. Daarnaast wijst het Kamerlid in haar initiatiefnota op de problemen binnen de geestelijke gezondheidszorg, zoals lange wachtlijsten en personeelstekorten, die bijdragen aan gevoelens van uitzichtloosheid bij jongeren.

Voortgangsrapportage Derde Landelijke Agenda Suïcidepreventie

De voortgangsrapportage van de ‘Derde Landelijke Agenda Suïcidepreventie (2021–2025)’ beschrijft in december 2024 verschillende uitgevoerde interventies gericht op het bespreekbaar maken van suïcidale gedachten. Voorbeelden hiervan zijn de publiekscampagne ‘1K Z1E J3’, gericht op jongvolwassenen, en een campagne voor ouders om het gesprek met hun kinderen over dit onderwerp te stimuleren. Daarnaast zijn ruim 2.500 plaquettes op openbare bankjes geplaatst met als doel gesprekken over mentale gezondheid op gang te brengen.

Werkagenda Een betekenisvol leven met een langdurige psychische aandoening

In februari 2025 publiceerde het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de werkagenda ‘Een betekenisvol leven met een langdurige psychische aandoening’. Deze agenda richt zich op het verbeteren van langdurige zorg en ondersteuning voor mensen met een psychische aandoening. Het doel is om zorg te bieden die aansluit bij de wensen, mogelijkheden en behoeften van deze groep, met focus op herstel, participatie en zelfredzaamheid. Betrokken partijen bij de ontwikkeling van deze agenda zijn onder andere Zorgverzekeraars Nederland (ZN), de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), de Nederlandse ggz, Valente, MIND en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het actieplan loopt van 2025 tot 2028.

PRAATPOWER

In opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is in maart 2025 het platform ‘PRAATPOWER’ opgezet door stichting MIND Us. Het platform is een plek om ideeën te verzamelen en bundelen voor het verbeteren van de mentale gezondheid van jongeren. Ook helpt het platform jongeren, ouders, professionals en andere betrokkenen om gesprekken te organiseren over mentale gezondheid. Dit sluit aan bij een van de actiepunten uit de Hervormingsagenda Jeugd: het voeren van een maatschappelijke dialoog over mentale gezondheid.

Begroting VWS

Op Prinsjesdag 2024 presenteerde het nieuwe kabinet de begrotingen van aankomend jaar. In de begroting van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport stonden een aantal beleidsveranderingen en prioriteiten op het gebied van mentaal welzijn en jeugd. Er wordt gestreefd om de wachttijden en toegankelijkheid van cruciale psychische zorg te verbeteren, mede door de ‘Werkagenda mentale gezondheid’. Om de wachtlijsten in de ggz aan te pakken wordt €30 miljoen ingezet voor wachtlijstbemiddeling. Ook is het voornemen om de Wet Integrale Suïcidepreventie in 2025 in werking te laten treden. Voor het aangenomen initiatiefwetsvoorstel integrale suïcidepreventie is in 2025 €0,5 miljoen en vanaf 2026 structureel €6 miljoen beschikbaar. Voor de uitvoering door gemeenten is €4,5 miljoen beschikbaar in 2025 en vanaf 2026 €10 miljoen. De verwachte inwerkingtreding van de wet is voorzien per 1 januari 2026.

Begroting OCW

Het kabinet gaat in 2025 €430 miljoen bezuinigen op de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap , oplopend tot bijna €2 miljard in 2028. De bezuinigingen op initiatieven zoals ‘Programma School & Omgeving’ hebben een negatieve invloed op het verminderen van kansenongelijkheid en daarom mogelijk ook op het mentaal welzijn van kinderen. Hetzelfde geldt voor het afschaffen van de subsidie voor brede brugklassen.

Laatste ontwikkelingen

Motie van de leden Ceder en Stoffer

In april 2025 is een motie van Kamerleden Ceder (CU) en Stoffer (SGP) aangenomen. Hierin wordt verwezen naar hoe het uitsplitsen van verschillende typen geestelijke gezondheidszorg ertoe kan leiden dat kinderen apart worden geclassificeerd en individueel behandeld, wat haaks staat op het benaderen van kinderen vanuit het sociale- en gezinssysteem.

Initiatiefnota van de leden Ceder en Six Dijkstra over online kinderrechten

In april 2025 zijn Kamerleden Ceder (CU) en Six Dijkstra (NSC) met een initiatiefnota over online kinderrechten gekomen. Hierin is een sectie gewijd aan de impact van de onlinewereld op de mentale gezondheid en ontwikkeling van jongeren. De nota is in afwachting van kabinetsreactie en behandeling in de Tweede Kamer. Na de kabinetsval is deze initiatiefnota niet controversieel verklaard tijdens de procedurevergadering van Digitale Zaken over de groslijst van controversieel verklaren.

Actieprogramma mentale gezondheid en ggz

De staatssecretaris van Jeugd, Preventie en Sport informeerde de Tweede Kamer in april 2025 over het eerste deel van het ‘Actieprogramma mentale gezondheid en ggz’. Dit deel richt zich op maatregelen die nodig zijn om de toegankelijkheid van de curatieve ggz voor volwassenen te verbeteren. In juli 2025 is in een uitstelbrief gemeld dat het tweede deel van dit actieprogramma uitgesteld is tot uiterlijk het einde van 2025. Volgens de brief is dit uitstel nodig voor de verdere uitwerking van dit programma en voor besprekingen met relevante partijen uit het veld. Wel zal in september 2025 de vooruitgang op de verschillende lijnen bekend gemaakt worden.

Online platform ‘In je bol’

In mei 2025 is het online platform ‘In je bol’ van start gegaan. Jongeren tussen de 16 en 27 jaar die stress en eenzaamheid ervaren, kunnen dit platform gebruiken om hun mentale worstelingen aan te pakken.

“Wat mij het meest zorgen baart, is dat we ondanks alle inspanningen en goede bedoelingen nog altijd geen stevig en samenhangend fundament hebben gelegd voor het versterken van het mentaal welzijn van kinderen en jongeren”, deelt Simone Onrust, expert op het gebied van mentaal welzijn van de jeugd. “Het jeugdstelsel staat onder grote druk. Er zijn projecten en programma’s die het verschil proberen te maken, maar het ontbreekt aan structurele verankering.”

Volgens artikel 24 van het Kinderrechtenverdrag heeft ieder kind recht op de grootst mogelijke mate van gezondheid en toegang tot gezondheidszorgvoorzieningen. Hieronder valt ook geestelijke gezondheidszorg.

“In Nederland is de toegang tot de geestelijke gezondheidszorg vaak nog niet goed geregeld. Het jeugdstelsel staat onder grote druk: de wachttijden zijn lang, toegang tot passende hulp is niet vanzelfsprekend en kinderen met complexe problemen vallen te vaak tussen wal en schip. Tegelijkertijd zijn er talloze projecten en programma’s die het verschil proberen te maken. Dat is waardevol en nodig, want innovatie en flexibiliteit zijn essentieel. Maar ik zie dat het te vaak ontbreekt aan structurele verankering, duurzame financiering en samenhang. Daardoor blijven veel goede initiatieven kwetsbaar en versnipperd, en komt het daadwerkelijke effect op de leefwereld van jongeren onvoldoende uit de verf.”

Ruimte voor persoonlijke ontwikkeling onder druk

“Bovendien zie ik met enige zorg dat in het onderwijs steeds sterker gestuurd wordt op basisvaardigheden. Begrijpelijk, gezien de signalen over dalende lees- en rekenniveaus. Maar het risico is dat hierdoor de ruimte voor persoonlijke ontwikkeling, sociaal-emotionele groei en mentaal welzijn van jongeren onder druk komt te staan — terwijl juist dáár cruciale kansen liggen om problemen te voorkomen en hen weerbaarder te maken.

Natuurlijk zijn er stappen gezet, zoals de Hervormingsagenda Jeugd, maar in de praktijk ervaren veel kinderen, ouders en professionals nog onvoldoende verbetering.”

 Over domeinen heen

“Mentaal welzijn is geen exclusieve verantwoordelijkheid van het zorgdomein, maar het resultaat van allerlei factoren die samenkomen in het leven van kinderen en jongeren — zoals veiligheid thuis, verbondenheid op school, perspectief op de arbeidsmarkt en steun in de buurt.

Duurzaam investeren in mentaal welzijn vraagt daarom om samenwerking over domeinen heen. Onderwijs, jeugdzorg, het sociaal domein, gezondheidszorg én de leefomgeving moeten gezamenlijk optrekken. Alleen door een integrale benadering kunnen we zorgen voor een stevige pedagogische basis en een samenleving waarin kinderen gezond en veerkrachtig kunnen opgroeien.”

Oproep

“We moeten investeren in preventie en een sterkere pedagogische basis, zodat kinderen kunnen uitgroeien tot gezonde veerkrachtige volwassenen. Maar dat vraagt om een lange adem.

Als we werkelijk willen kantelen van zorg naar preventie, dan moet dat ook zichtbaar zijn in hoe we onze middelen inzetten. Op dit moment gaat nog altijd meer dan 95% van de VWS-begroting naar zorg en nog geen 5% naar preventie. Dat is volkomen uit balans. Als we minder jeugdzorg willen inzetten en kinderen echt meer kansen willen geven op een gezonde ontwikkeling, dan moeten we dat ook durven laten zien in de verdeling van onze budgetten.”

Laten we de komende kabinetsperiode benutten om de belofte van preventie waar te maken, en daar dan ook structureel in te investeren.”

OVER DE EXPERT

Simone Onrust werkt als programmahoofd Jeugd bij het Trimbos-instituut en gaf ons haar mening over de stand van zaken en ontwikkelingen in Nederland op het thema mentaal welzijn.

X

Download hier Kinderrechten in Beweging