Onderwijs
Kengetallen toegang onderwijs in Nederland
schooljaar 2021 – 2022
30.881
Aantal kinderen dat niet naar school gaat
10.240
Aantal kinderen dat absoluut verzuimt
17.395
Aantal leerlingen vrijgesteld van leerplicht
Onderwijs,
zo staat het ervoor
Wat is er in Nederland gebeurd op het gebied van onderwijs in het eerste jaar na de nieuwe aanbevelingen van het VN-Kinderrechtencomité?
Het aantal leerplichtige kinderen in Nederland daalde, maar het aantal kinderen dat geen plek vindt in het bestaande onderwijssysteem is gegroeid. Deze trend is tegenstrijdig met demografische ontwikkelingen en met wat het beleid van passend onderwijs beoogt. Er is een werkagenda voor inclusief onderwijs, maar er zijn geen middelen om deze uit te voeren. Er lopen momenteel een aantal experimenteerregelingen om regulier en speciaal onderwijs dichterbij elkaar te brengen en om de schotten tussen zorg en onderwijs weg te halen. Er is een nieuwe verzuimaanpak aangekondigd, waarvan de effecten nog moeten blijken. Het aantal leerlingen dat verzuimt groeide, net als het aantal vrijstellingen van de leerplicht. Het is niet duidelijk hoeveel kinderen precies thuisonderwijs kregen. Het wetsvoorstel over thuisonderwijs dat ervoor moet zorgen dat er toezicht komt op deze onderwijsvorm, lijkt stil te liggen.
FOCUS
Is onderwijs voor ieder kind toegankelijk?
Definitie
Wat verstaan we onder onderwijs?
Overdracht van kennis en vaardigheden met tot doel het ontwikkelen van de persoonlijkheid, talenten en vaardigheden van ieder individueel kind, rekening houdend met het feit dat ieder kind unieke eigenschappen, interesses, mogelijkheden en leerbehoeften heeft (General Comment nr. 1 van het VN-Kinderrechtencomité).
Kengetallen
De kengetallen schetsen een beeld van het aantal kinderen dat (geen) toegang heeft tot basis- en voortgezet onderwijs in Nederland.
Figuur 1. Kengetallen toegang onderwijs in Nederland
Bronnen:
1. Bij deze cijfers zijn het aantal kinderen in het primair en het voortgezet onderwijs bij elkaar opgeteld. Inspectie van het Onderwijs, Technisch rapport hoofdstuk primair onderwijs, mei 2023, p. 9. En: Inspectie van het Onderwijs, Technisch rapport hoofdstuk voortgezet onderwijs, mei 2023, p. 10. NB: Laatste jaar zijn voorlopige gegevens.
2. Inspectie van het Onderwijs, Technisch rapport hoofdstuk primair onderwijs, mei 2023, p. 93. NB: Laatste jaar zijn voorlopige gegevens.
3. Inspectie van het Onderwijs, Technisch rapport hoofdstuk (voortgezet) speciaal onderwijs, mei 2023, p. 8. NB: Laatste jaar zijn voorlopige gegevens.
4. De cijfers in deze rij betreffen het aantal kinderen dat langdurig relatief of absoluut verzuimt en het aantal kinderen dat is vrijgesteld van Leerplicht op grond van a, b of c. Bron cijfers: Rapportage leerplichtwet G-gemeenten, schooljaar 2021-2022, Definitieve eindstand, p. 15-17. Cijfers over aantal kinderen dat niet naar school ging in schooljaar 2021-2022 zijn nog niet gepubliceerd.
Het aantal kinderen in de leerplichtige leeftijd daalde sinds 2017 met 3,5 procent. Deze trend is ook terug te zien in het aantal kinderen in het regulier onderwijs, hoewel de daling van 1,5 procent daar lager uitviel. Het aantal kinderen in het speciaal onderwijs groeide met 7,2 procent. Er ware grote regionale verschillen in het aantal kinderen dat naar het speciaal onderwijs werd doorgestuurd.https://www.aob.nl/nieuws/regionale-verschillen-splijten-passend-onderwijs/ Die spreiding is in deze landelijke cijfers niet terug te zien.
In de cijfers over het voortgezet speciaal onderwijs werd het aantal kinderen dat speciaal basisonderwijs volgt niet meegenomen, omdat deze groep onder de wet van het regulier onderwijs valt. Het speciaal basisonderwijs wordt in de regel gegeven in aparte schoolgebouwen. Bij de cijfers over kinderen die niet op reguliere scholen les volgen, zou het speciaal basisonderwijs meegenomen moeten worden. Het speciaal basisonderwijs groeide sinds 2017 gestaag, maar vanaf 2020 is een lichte daling te zien.
Het aantal kinderen dat niet naar school gaat steeg. Vaak wordt over ‘thuiszitters’ gesproken, maar er is geen eenduidige definitie van deze term. In deze tabel is ervoor gekozen te kijken naar het aantal kinderen dat ongeoorloofd verzuimt en het aantal kinderen dat is vrijgesteld van de leerplicht. Dit aantal steeg sinds 2017, met een uitschieter in 2021.
Aanbevelingen VN Kinderrechtencomité
27a. Zorg dat alle kinderen met een handicap, inclusief diegenen met verstandelijke en psychosociale beperkingen, toegang krijgen tot en gebruik kunnen maken van inclusief onderwijs op alle niveaus, ook op Bonaire, Saba en Sint Eustatius.
27b. Verbeter de maatregelen om inclusief onderwijs te waarborgen, waaronder het aanpassen van leerplannen en scholing alsook het plaatsen van gespecialiseerde docenten en professionals in geïntegreerde klassen, zodat kinderen met leerproblemen individuele steun en passende aandacht krijgen.
27c. Wijzig zo spoedig mogelijk de Leerplichtwet zodat de redenen voor vrijstelling van kinderen met een handicap in het verplichte onderwijs gebaseerd op lichamelijke of psychologische gronden beperkt worden. Zorg ook voor genoeg personeel en technische en financiële middelen voor implementatie van de wet, zodat er niet disproportioneel veel vrijstellingen worden verleend waardoor kinderen het recht op onderwijs wordt ontnomen.
34a. Ga door met initiatieven om het aantal voortijdige schoolverlaters en -verwijderingen te verminderen en nieuwe gevallen te voorkomen, gebaseerd op een analyse van de onderliggende oorzaken.
34b. Rond het conceptwetsvoorstel over thuisonderwijs af en neem de wet aan. Voer ook een monitoringsysteem in dat minimum kwaliteitseisen aan thuisonderwijs stelt.
Cijfermatige ontwikkelingen
Er zijn alleen cijfermatige ontwikkelingen ten aanzien van aanbeveling 27a en 34a.
Figuur 2. Aantal kinderen vrijgesteld van leerplicht en per reden
Bron cijfers: Rapportage leerplichtwet G-gemeenten, schooljaar 2021-2022, Definitieve eindstand, p. 17.
Op een drie gronden kunnen kinderen van leerplicht vrijgesteld worden:
A. de jongere is lichamelijk of psychisch niet geschikt om tot een school of een instelling te worden toegelaten
B. De ouders of jongere hebben overwegende bedenkingen tegen de richting van het onderwijs op alle binnen redelijke afstand van de woning – of, indien zij geen vaste verblijfplaats hebben, op alle binnen Nederland – gelegen scholen of instellingen waarop de jongere geplaatst zou kunnen worden
C. de jongere staat als leerling van een school of onderwijsinstelling buiten Nederland ingeschreven en bezoekt deze geregeld.
Figuur 3. Verzuimcijfers onderwijs
Bron: Rapportage leerplichtwet G-gemeenten, schooljaar 2021-2022, Definitieve eindstand, p. 15.
1. Van absoluut verzuim is sprake als een leer- of kwalificatieplichtige jongere niet op een school staat ingeschreven. Bron: ‘Definitie verzuimers’, onderwijsinspectie.nl.
2. Een langdurig relatief verzuimer is een ingeschreven leerling die langer dan vier weken ongeoorloofd verzuimt. Het verschil met een relatief verzuimer is dat bij deze groep meer aan de hand is dan een korte periode regelmatig spijbelen. Bron: ‘Definitie verzuimers’, onderwijsinspectie.nl.
Figuur 4. Aantal voortijdige schoolverlaters
*cijfers bekend in voorjaar 2023
Een voortijdige schoolverlater is een jongere tussen de 12 en 23 jaar die niet staat ingeschreven op een school en geen startkwalificatie heeft. Bron definitie: ‘Aanpak voortijdig schoolverlaten (vsv)’, rijksoverheid.nl.
Bron cijfers: ‘Voortijdig schoolverlaters; geslacht, leeftijd en herkomst’, cbs.nl.
Uit de cijfers blijkt dat niet alle kinderen met een beperking gebruik konden maken van inclusief onderwijs op alle niveaus (aanbeveling 27a). Kinderen met een zware lichamelijke of psychische beperking komen in Nederland in aanmerking voor een vrijstelling van de leerplicht op grond van artikel 5a. Het aantal vrijstellingen dat op deze grond is verleend groeide enorm, sinds 2017 met 32,5 procent. Ook het aantal kinderen dat op grond van artikel 5b (richtingsbezwaar) vrijgesteld wordt van de leerplicht, groeide met 90 procent sinds 2017. Een groot deel van de kinderen die thuis onderwezen werden, komt waarschijnlijk uit deze groep. Maar dat is niet met zekerheid te zeggen, omdat de kinderen die thuisonderwijs volgen niet geregistreerd worden.
Het lerarentekort staat de uitvoering van aanbeveling 27b in de weg. Het tekort in 2021 was 9.100 fte in het primair onderwijs en 1.700 fte in het voortgezet onderwijs.https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27923-443.html Van eerdere jaren zijn deze cijfers niet bekend. Nieuwe cijfers worden in december 2023 verwacht. Tekorten waren groter in de G5-gemeenten dan in de rest van het land (15,2 procent versus 8,5 procent).https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27923-449.html Ook was het tekort in het speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs procentueel hoger dan in het regulier basisonderwijs.https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27923-449.html
Gekeken naar het aantal kinderen dat ongeoorloofd verzuimt, is er een onderscheid in de trend tussen absoluut en langdurig relatief verzuim. Het aantal kinderen dat langdurig relatief verzuimt, liet een snelle daling zien van 20 procent sinds 2017. Het aantal kinderen dat absoluut verzuimt liet daarentegen een flinke groei zien van 21 procent. Het is niet te zeggen of de groei bij de ene groep te verklaren is door de daling bij de andere. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap geeft aan dat de stijging grotendeels verklaard kan worden door de komst van 20.000 leerplichtige kinderen uit Oekraïne.
Aanbeveling 34a betreft het streven om het aantal voortijdige schoolverlaters- en verwijderingen te verminderen. Het aantal voortijdige schoolverlaters daalde 16 procent in 2019, maar laat sindsdien weer een stijgende trend zien. Ook wanneer alleen naar leerlingen onder de 18 jaar oud gekeken wordt, is dit het geval. Het is uit de cijfers niet op te maken of er overlap zit tussen de groep kinderen dat verzuimt en de voortijdige schoolverlaters. De cijfers betreffen nieuwe voortijdige schoolverlaters. Het aantal jongeren dat niet in het bezit is van een startkwalificatie en geen baan heeft is volgens cijfers uit 2021 150.000.Kamerstukken II, 2022/23, 26695, nr. 142.
Beleidsbeschrijvingen
Aanbeveling 27a en 27b. Inclusief onderwijs
- Contouren werkagenda route inclusief onderwijs. Sinds november 2020 werkt het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) samen met partijen uit het onderwijsveld aan een routekaart naar inclusiever onderwijs, de zogenaamde ‘contouren werkagenda route inclusief onderwijs’. Kamerstukken II, 2020/21, 31497, nr. 371. In maart 2023 is de definitieve versie naar de Tweede Kamer gestuurd. https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-1081447
- Regeerakkoord kabinet-Rutte IV. In het regeerakkoord ‘Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’ https://www.rijksoverheid.nl/documenten/publicaties/2022/01/10/coalitieakkoord-omzien-naar-elkaar-vooruitkijken-naar-de-toekomst staat: “We investeren structureel €1 miljard per jaar voor het vergroten van de kansengelijkheid, inclusief de maatschappelijke diensttijd.” Bij het vergroten van kansengelijkheid werden voor het eerst leerlingen met een beperking genoemd: “We gaan verder met de verbeteraanpak van passend onderwijs en streven naar inclusief onderwijs waarbij kinderen met en zonder een beperking of ziekte samen naar school gaan.” En: “We brengen het aantal onnodige thuiszitters terug naar 0 door elk kind een vorm van onderwijs te geven, onder meer door het vormgeven van een Digitale School.” https://www.rijksoverheid.nl/documenten/publicaties/2022/01/10/coalitieakkoord-omzien-naar-elkaar-vooruitkijken-naar-de-toekomst
- Start experimenten onderwijszorgarrangementen. Op 1 januari 2023 is experiment onderwijs- zorgarrangementen van start gegaan. In dit experiment krijgen scholen en zorgorganisaties de ruimte om af te wijken van wetgeving op het gebied van bekostiging, onderwijstijd, onderwijsinhoud en onderwijslocatie. Scholen en zorgorganisaties krijgen daarmee de ruimte om maatwerk te bieden aan kinderen met een complexe ondersteuningsbehoefte. Met het experiment willen de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) meer informatie krijgen over wat werkt. Deze informatie nemen ze mee bij het wijzigen van de wetgeving. https://ingrado.nl/kennisbank/items/experiment-onderwijszorgarrangementen-per-1-januari-2023-gestart Er waren in maart 2023 ongeveer 50 onderwijs-zorgarrangementen. https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?did=2023D13370&id=2023Z05703 De periode voor de tweede aanvraagronde werd opengesteld tot 31 juli 2023. Kamerstukken II, 2022/23, 36 200 VIII, nr. 242.
- Experimenteerregeling uit 2020 gericht op de samenwerking tussen het regulier en het speciaal onderwijs. Scholen konden zich sinds 2020 elk schooljaar inschrijven voor deze regeling (tot 1 mei 2023) met een looptijd van zes schooljaren. Met het experiment is het mogelijk dat een school of instelling voor (voortgezet) speciaal onderwijs, een speciale school voor basisonderwijs en een reguliere school voor basis- of voortgezet onderwijs die intensief willen gaan samenwerken, zes jaar als één school kunnen functioneren. Tot en met 2021 namen 34 scholen deel aan de regeling. https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2021/11/19/eindrapportage-onbeperkt-meedoen-2021
- Collectieve financiering van zorg in onderwijstijd. In opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) is door Oberon in 2022 onderzoek gedaan naar collectieve financiering van zorg in onderwijstijd. Door de middelen vanuit de Jeugdwet, Wet langdurige zorg, Zorgverzekeringswet en Wet maatschappelijke ondersteuning, collectief voor de hele school ter beschikking te stellen, hoeft er niet meer voor elk kind een individuele indicatie of beschikking te worden aangevraagd. Er komt zo ruimte voor een beperkt aantal vaste zorgverleners op school die flexibel en efficiënt kunnen inspelen op wat kinderen nodig hebben. Er is met twee pilots gewerkt. https://www.dsp-groep.nl/wp-content/uploads/15PDZiO-Landelijk-onderzoek-ZiO-eindrapportage-DSP-2022.pdf
- Aanpassingen van huidige wet- en regelgeving. Minister Wiersma en staatssecretaris van Ooijen gaven in maart 2023 aan in te gaan zetten op aanpassingen van de huidige wet- en regelgeving. Ze willen dat zorg in onderwijstijd vanuit de Jeugdwet en Wet langdurige zorg, collectief beschikbaar wordt op school, voor de kinderen die dit nodig hebben. https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?did=2023D13370&id=2023Z05703 Tot die tijd wordt de inzet van zorgarrangeurs in het speciaal onderwijs verlengd. https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?did=2023D13370&id=2023Z05703
- Landelijke norm voor basisondersteuning. Op 15 juli 2022 kondigde minister Wiersma aan dat er eind 2022 een norm voor ondersteuningsgebieden dyslexie, hoogbegaafdheid en leergedrag wordt opgesteld. Minister Wiersma deed een oproep aan leraren en ouders om samen tot een voorstel te komen. https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?did=2023D13370&id=2023Z05703 De datum van de beoogde inwerkingtreding is 1 augustus 2024. https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31497-440.html
- Aanpak lerarentekort. Op 22 december 2022 kwam minister Wiersma met de lerarenstrategie om het lerarentekort aan te pakken. Er wordt ingezet op een landelijke strategie en focus, samenwerking in de regio en concrete acties op een aantal ingewikkelde dilemma’s rond de thema’s onderwijstijd, bevoegdheden en flexibilisering van de lerarenopleidingen. https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27923-449.html Verder is in april 2022 in het onderwijsakkoord vastgelegd dat 1,5 miljard geïnvesteerd wordt in leraren, schoolleiders en ander personeel. https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2022/04/22/het-onderwijsakkoord-samen-voor-het-beste-onderwijs In juni 2023 stuurt minister Wiersma een brief naar de Tweede kamer waarin wordt ingegaan op een veelvoud aan maatregelen waarmee het lerarentekort moet worden teruggebracht.Kamerstukken II, 2022/23, 27923 nr. 456.
- Verzuimaanpak. Op 15 juli 2022 komt minister Wiersma, mede namens minister van Onderwijs Dijkgraaf en staatssecretaris van Ooijen, met de uitwerking van de verzuimaanpak. De aanpak is voornamelijk gericht op het voorkomen van verzuim door het aanscherpen van aanwezigheidsbeleid, het wetsvoorstel verzuim en digitaal afstandsonderwijs. https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2022/07/15/uitwerking-verzuimaanpak
- Wetsvoorstel terugdringen verzuim. Onderdeel van bovenstaande aanpak is het conceptwetsvoorstel om verzuim terug te dringen. Met dit voorstel wordt beoogd om de wijze van het registreren van verzuim eenduidig te maken. Samenwerkingsverbanden passend onderwijs worden beter toegerust om verzuim tegen te gaan en het wordt verplicht om het onderwijskundig perspectief te betrekken bij het geven van een vrijstelling op grond van artikel 5a van de Leerplichtwet. Met de input van een consultatieronde in 2022 paste minister Wiersma het wetsvoorstel aan met meer nadruk op het verzuimbeleid van scholen en meer oog voor privacy van de leerlingen. https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?did=2023D13370&id=2023Z05703 Het wetsvoorstel ligt momenteel bij de Raad van State voor advies. https://wetgevingskalender.overheid.nl/Regeling/WGK014222
Aanbeveling 27c. Wetsvoorstel tot wijziging leerplichtwet
- Doorontwikkeling D66-initiatiefwetsvoorstel. Gesprekken met organisaties uit het veld, scholen, ouders en kinderen naar aanleiding van de consultatieronde in 2020-2021 hebben in maart 2022 geleid tot de notitie leerrecht. Op basis daarvan is een nieuwe versie van het wetsvoorstel geschreven.
- D66-initiatiefwetsvoorstel leerrecht naar de Raad van State. Op 20 november 2022 is het wetsvoorstel met bijbehorende memorie van toelichting naar de Raad van State gestuurd. https://d66.nl/nieuws/d66-initiatiefwetsvoorstel-leerrecht-naar-de-raad-van-state
Aanbeveling 34a. Initiatieven om aantal schoolverlaters te verminderen
- Aanpak voortijdige schoolverlaters. De huidige Aanpak voortijdige schoolverlaters loopt tot 2024. Minister Dijkgraaf kondigde aan deze aanpak voort te zetten en uit te breiden met een sluitende overgang naar de arbeidsmarkt. https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/vsv/documenten/kamerstukken/2022/11/02/kamerbrief-voortijdig-schoolverlaten-en-overstap-van-school-naar-werk Op 2 november 2022 is de herziene aanpak gedeeld met de Tweede Kamer. Dijkgraaf vraagt het CBS om onderzoek te doen naar welke kenmerken de kans op voortijdig schoolverlaten zo goed mogelijk voorspellen. Zoals eerder aangekondigd is het doel hiervan om tot een verdeling van de middelen te komen die recht doet aan de opgave waar een regio voor staat. Ook zijn maatregelen genomen om informatievoorziening aan scholen, gemeenten en jongeren te verbeteren.
- Werkagenda mbo. Op 14 februari 2023 kwam minister Dijkgraaf met de werkagenda mbo met als doel om de stijging van het aantal voortijdig schoolverlaters aan te pakken en toe te werken naar minder dan 18.000 nieuwe voortijdige schoolverlaters in 2026.https://open.overheid.nl/documenten/ronl-cf5e11d369ff6ff9204f4aded044d61ecd2615fd/pdf Mbo-instellingen krijgen € 150 miljoen per jaar voor extra intensieve begeleiding tijdens de opleiding, een kleinere groepsgrootte of andere maatregelen die studenten helpen om de opleiding succesvol af te ronden.
Aanbeveling 34b. Wetsvoorstel thuisonderwijs
- Voortgang wetsvoorstel. Na de consultatieronde in 2020 en het advies van de Onderwijsraad in januari 2021 is het wetsvoorstel thuisonderwijs in voorbereiding.
Laatste ontwikkelingen
Aanvalsplan tegen voortijdig schoolverlaten in het mbo. Op 3 april 2023 stuurde minister Dijkgraaf het aanvalsplan tegen voortijdig schoolverlaten mbo naar de Tweede Kamer. Hij noemt maatregelen om het aantal bestaande voortijdige schoolverlaters naar werk te helpen. Kamerstukken II, 2022/23, 26695, nr. 142. De maatregelen in het aanvalsplan worden na de zomer naar de Tweede Kamer gestuurd.
Advies over initiatiefwetsvoorstel voor verankering van het leerrecht. Op 8 juni 2023 liet de Afdeling advisering van de Raad van State weten een meerwaarde te zien in verankering van het leerrecht, maar de Afdeling heeft bezwaren bij de uitwerking ervan in het wetvoorstel en adviseert het voorstel niet in behandeling te nemen, tenzij het is aangepast. https://www.raadvanstate.nl/adviezen/@134137/w05-22-00183/
Wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid. Er is een wetsvoorstel ter consultatie aangeboden dat strategisch personeelsbeleid verplicht in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en mbo. De professionele ontwikkeling en de duurzame inzetbaarheid van de medewerkers staan hierbij centraal. Besturen en scholen moeten actief werk maken van strategisch personeelsbeleid, niet alleen op papier maar ook in de praktijk. Het gaat om zaken als het goed inwerken en begeleiden van medewerkers, het sneller en vaker aanbieden van vaste contracten, loopbaanontwikkeling en professionalisering. Het wetsvoorstel was sinds mei 2023 in internetconsultatie, die is op 18 juni 2023 gesloten. Kamerstukken II, 2022/23, 27923, nr. 456